KNRM laat minder passagiers toe op boten bij open dag

De Koninklijke Neder landse Redding Maatschappij (KNRM) gaat op de jaarlijkse reddingbootdag voor het eerst maximaal twaalf passagiers op de boten toelaten. De afgelopen jaren liet de KNRM veel meer mensen op de reddingboten meevaren, ook al was dat wettelijk niet toegestaan.

De reddingbootdag is de open dag van de KNRM. Dit jaar vindt de open dag plaats op 11 mei. Tijdens de reddingbootdag stelt de KNRM jaarlijks zo’n 45 reddingstations open voor het publiek. Elk station heeft een eigen dagprogramma, maar het maken van een tocht met de boot is een vast onderdeel. Wie wil meevaren moet wel donateur van de KNRM zijn.

Risico’s

De afgelopen jaren zaten vaak twintig tot dertig passagiers aan boord, zegt Lieneke de Kroon van de KNRM. ,,Dat was wettelijk niet toegestaan, maar we zagen het door de vingers. Dat willen we nu niet meer. Stel dat er iets gebeurt aan boord. Om elk risico uit te sluiten gaan we nu voor het eerst de regels handhaven.”

Om de donateurs niet te verrassen vermeldt de KNRM in de uitnodigingsbrief expliciet dat er dit jaar maximaal twaalf passagiers per vaartocht worden toegelaten. Ook op de eigen website staat dat de KNRM gehouden is aan het maximumaantal passagiers.

De afgelopen jaren was het bij sommige reddingstations zo druk dat donateurs lang moesten wachten op hun beurt om mee te varen. De wachtrijen worden vermoedelijk nog langer nu de KNRM het aantal passagiers per tocht gaat beperken. Vooral reddingstations in de Randstad en op toeristische plaatsen waren de afgelopen jaren in trek.

Om de donateurs enigszins voor te bereiden heeft de KNRM op de website een kaart afgedrukt waarop is te zien welke stations jaarlijks rustig, gemiddeld en druk worden bezocht. ,,Dan kunnen mensen een beetje inschatten waar ze het minst lang hoeven te wachten”, zegt De Kroon. Ze roept belangstellenden op in ieder geval op tijd te komen. ,,Dan maak je de meeste kans.”

De KNRM kan overigens nooit beloven dat de vaartochten doorgaan. Het weer of een echte alarmering kunnen roet in het eten gooien, aldus De Kroon.

In Fryslân gaan op 11 mei acht KNRM-stations open voor het publiek: Ameland-Ballum, Harlingen, Hindeloopen, Lemmer, Schiermonnikoog-Veerdam, Terschelling-Paal 8, Terschelling-West en Vlieland.

Drukke stations

Twee van deze stations kregen de afgelopen jaren bovengemiddeld veel bezoekers tijdens de reddingbootdagen: Ameland-Ballum en Vlieland. De andere stations vielen in de categorie gemiddeld.

De reddingbootdag trekt gemiddeld twintigduizend bezoekers. Of dat aantal dit keer weer wordt gehaald is de vraag, zegt De Kroon. ,,Meestal plannen we de open dag in de meivakantie. Dat kon dit keer niet vanwege Koningsdag en 4 mei. We moeten even afwachten welk effect dat heeft.”

Aandacht voor Waddenzee Werelderfgoed tijdens Beach Cleanup Tour

De Waddenvereniging sluit zich deze zomer weer aan bij de Boskalis Beach Cleanup Tour. Zet donderdag 8 augustus alvast in je agenda. Op die dag kun je meedoen aan een speciale Werelderfgoedetappe van de Waddenvereniging op Texel.

10 jaar Waddenzee Werelderfgoed

Dit hele jaar vieren we 10 jaar Waddenzee Werelderfgoed. Het jaar begon niet bepaald als een feestje toen naar schatting 10 miljoen kilo afval van de MSC Zoë in de Noordzee en Waddenzee terecht kwam. En plastic vervuiling wás al een probleem in het waddengebied. Tijdens de speciale Werelderfgoedetappe op Texel staan we dit jaar nog nadrukkelijker stil bij de unieke en onvervangbare waarden van ons schitterende Waddenzee Werelderfgoed. Samen halen we uiteraard ook zoveel mogelijk afval van het strand af.

Als eerste bericht!

Wil je de Tour niet missen? Laat alvast je mailadres achter op de website van Stichting de Noordzee. Zodra de officiële inschrijving van start gaat, krijg jij als eerste bericht. Ga naar de website.

Hele Noordzeekust schoon

Tijdens de Boskalis Beach Clean Up Tour wordt in twee weken de hele Noordzeekust schoongemaakt. Jaarlijks doen duizenden Nederlanders mee. Vorig jaar haalden 2.764 deelnemers 11.163 kilo afval van het strand. Het grootste deel van het afval bestaat uit plastic items, zoals doppen, stukken visnet, drank- en snoepverpakkingen en kleine stukjes plastic. Ook ballonresten werden veelvuldig gevonden. Lees hier hoe erg dat is en wat je hier nu al aan kunt doen.

Onderzoek naar afval

De Cleanup Tour is een initiatief van Stichting De Noordzee. Al jaren doet deze organisatie – van oorsprong een werkgroep binnen de Waddenvereniging – onderzoek naar afval op de Nederlandse Noordzeestranden.

Dit spoelt er aan op onze stranden:

  • Per 100 meter strand worden gemiddeld 370 stuks afval gevonden.
  • Over de afgelopen 14 jaar is geen significante daling vast te stellen.
  • Veruit het grootste aandeel (90%) bestaat uit plastic.
  • Meer dan de helft van het afval op de stranden die onderzocht zijn komt uit de sectoren visserij en scheepvaart.

Eerste namen Into The Great Wide Open 2019

Deze zomer vindt Into The Great Wide Open weer plaats op Vlieland. De organisatie van het eiland-festival maakt vandaag de eerste namen bekend.

Op de aankomende editie zijn Jungle, Hot Chip, Parcels, Superorganism, Angelo De Augustine, Ex:Re, Niklas Paschburg, Faraj Suleiman, Daniel Norgren, Strand of Oaks, Lewsberg, S10, Yung Nnelg, Bokoesam, YĪN YĪN, Rimon, Tamino, Whispering Sons, Gia Margaret, Helena Deland, Jordan Mackampa, Kate NV, BCUC, Crumb en Sophie Hunger van de partij. Binnenkort volgen er meer namen.

Van 29 augustus tot en met 1 september vindt Into The Great Wide Open 2019 plaats. Het festival is al helemaal uitverkocht maar je kunt je wel aanmelden voor de wachtlijst.

Gezandstraald op de Sahara van het Noorden

De Sahara van het Noorden. Dat is de bijnaam voor de Vliehors, een 22 vierkante kilometer grote zandplaat op Vlieland.

Dus zo voelt een zandstorm in de woestijn. Op de uiterste westpunt van de Vliehors is het niet mogelijk om tegen de wind in de ogen open te doen. Het zand is overal. Het striemt in mijn gezicht. Het zit in mijn haar, in mijn schoenen, in mijn jaszakken.

Dit is een uniek en fotogeniek plekje. De dichtstbijzijnde bebouwing –bij de vuurtoren van Texel– is 2,5 kilometer weg. Maar tegelijkertijd compleet onbereikbaar vanwege de diepe geul met grillige stroming tussen Vlieland en Texel. De dichtstbijzijnde bewoonde wereld van Vlieland is meer dan 10 kilometer naar het noordoosten, bij Hotel Posthuys. „Ik zou hier niet graag in mijn eentje rondzwerven”, huivert een dame die deelneemt aan de dagelijkse excursie naar deze punt van het eiland Vlieland.

Verdwalen op deze enorme zandvlakte is –zeker bij mist, neerslag en storm– goed mogelijk. Grootste risico is dat je dan in rondjes rondloopt en iedere keer weer op hetzelfde punt uitkomt.

Deze zonnige zomermiddag is er van verdwalen geen sprake. Zelfs lopen is niet nodig om op dit prachtige plekje te komen. Een grote gele truck, met achtwielaandrijving, brengt deze middag zo’n vijftig toeristen naar deze afgelegen plek. De chauffeur van deze Vliehors Express, Tjeerd de Ruiter (47), is tegelijkertijd gids en heeft een goede tip voor als het mistig wordt: „Gewoon de vloedlijn volgen, dan kom je vanzelf een keer bij de bewoonde wereld.”

Drenkelingenhuisje

Gevaarlijk wordt het pas echt als de Vliehors onder water loopt bij springvloed. Dan mag je hopen in de buurt te zijn van het zogeheten drenkelingenhuisje. Dat staat op palen zo’n 3 meter boven de grond en was in vroeger tijd een vluchtplaats voor gestrande schipbreukelingen. Naast droge kleren, water en voedsel vond de drenkeling er ook een telefoonverbinding met het Posthuys. Door de jaren heen heeft het huisje zo’n honderd drenkelingen gered.

Anno 2019 is het huisje ingericht als juttermuseum, waarin De Ruiter graag een rondleiding geeft. Hij vertelt op een smakelijke manier over de vondsten. „Sommigen weten het nog, in de jaren 90 spoelden er massaal sigaretten aan. Van de merken Pall Mall en Hollywood. Van die laatste sigaretten had Nederland nog nooit gehoord, maar op Vlieland hadden we ze.”

Ook al is het huisje maar klein, het herbergt honderden voorwerpen. Van het schild van een inktvis, een zeekat op sterk water en de schedel van een dolfijn tot reddingsboeien, pakken koffie en een paar kunstgebitten.

Sinds 1997 is het gebouwtje aangewezen als officiële trouwlocatie.

Boot naar Texel

Een ander bouwsel op de verder kale vlakte is de voormalige aanlegsteiger voor de boot naar Texel: een lange rij palen met dwarsverbindingen waarop planken konden worden gelegd. Op die manier konden passagiers met droge voeten het waddenveer De Vriendschap naar Texel bereiken. Echter, de Vliehors is in beweging; de zandplaat kalft af in het noorden, in het zuiden groeit hij aan. Iedere keer moest de aanlegsteiger worden verlengd om toch het schip te kunnen bereiken. Nu ligt er een ponton, een drijvende steiger, die bij hoog water makkelijk verplaatst kan worden.

Na een halfuurtje op de westpunt van Vlieland te hebben doorgebracht, is het weer tijd voor de terugreis: kilometers door het zand. Dat lijkt makkelijker dan het in werkelijkheid is. De Ruiter moet zijn voormalige Duitse legertruck eerst een stuk door de ‘woestijn’ rijden. De wind heeft complete zandruggen opgeworpen. Om die te overwinnen zijn alle 360 paardenkrachten van de MAN-truck hard nodig. Passagiers in de cabine horen de V8-motor achter hun rug grommen.

Luchtmacht

Na een poosje ploeteren door het mulle zand, bereikt de truck het strand. Daar is de ondergrond een stuk harder en beter berijdbaar. De volgende hindernis doemt op: het oefenterrein van de luchtmacht op de Vliehors. Dit gedeelte van de Vliehors is doordeweeks verboden terrein. Alleen de Vliehors Express mag er dan langs. Maar daarvoor neemt De Ruiter wel iedere keer via de radio contact op met de geel-zwart geblokte verkeerstoren. „Hier de Vliehors Express voor de luchtmachttoren. Kunnen we passeren?”

Pas als er bevestigend antwoord komt, rijdt De Ruiter door. De wapperende rode vlag geeft het gevaar aan. Straaljagers gebruiken de Vliehors geregeld om er hun oefenbommen te gooien. Een paar halfverwoeste rupsvoertuigen zijn het doel.

Mensen die naar het drenkelingenhuisje willen wandelen, kunnen dat alleen tijdens de weekwisseling doen. Daar moet je dan wel heel wat uurtjes voor uittrekken. Van vrijdag 12 uur tot maandag 8 uur is de Vliehors open voor publiek.

Megadrempels

De strekdammen die dwars op de duinenrij staan en de zee in steken, vormen een derde hindernis. Het zijn een soort megadrempels die de passagiers geducht op en neer doen deinen. De Ruiter probeert ze te passeren op de plekken waar ze grotendeels onder het zand zijn bedolven. Zo slingert de Vliehors Express zich een weg naar het oosten.

Twee sporen blijven achter. Eén ervan bevat een gedicht: „Heen en weer rollen de golven, spel van natte zoen. Brekend schuim fluistert bevlogen, leef nu want nu is toen.” Dit gedicht is in een van de achterbanden uitgesneden. Iedere omwenteling van die band drukt de letters in het natte zand.

Het eindpunt, strandpaviljoen ’t Badhuys, komt in zicht. Een ritje met de Vliehors Express is niet goedkoop. Volwassenen betalen 17,50 euro, kinderen tussen de 4 en 12 jaar 11 euro. Maar iedereen die via de trap de bak van de gele truck verlaat, vond de rit het geld waard. „Adembenemend mooi”, zegt een passagier. „Ik wist niet dat zoiets in Nederland bestond”, vult een wat oudere dame aan. Haar man: „We zijn in woestijnen geweest in landen zoals Tjaad en Israël. Nooit geweten dat we er in Nederland ook één hebben.”

Lex verhuisde naar Vlieland en weer terug: ‘Ik wil later niet kunnen zeggen had ik maar…’

Geen camping in Zuid-Frankrijk of een B&B in Noord-Spanje, maar een woon- en werkavontuur in eigen land. Lex Vergnes vertrok drie jaar geleden met zijn gezin naar Vlieland. Sinds afgelopen zomer zijn ze weer terug in Bathmen. ”Het waren drie fantastische jaren, vol uitdagingen en leermomenten.”

In de zomer van 2015 vertrok de familie uit Bathmen voor onbepaalde tijd naar Vlieland. Het huis in Bathmen werd verkocht. De vijftienjarige zoon Max bleef op het vaste land, dochter Sarah van twaalf ging mee op avontuur. “We kochten een pandje uit 1900 midden in de Dorpstraat in het enige dorp op het eiland”, vertelt Lex. Vlieland is na Schiermonnikoog met 1149 inwoners de meest dunbevolkte gemeente van Nederland. “Sarah ging naar de Jutter, een vmbo-school met 35 leerlingen. Dat was even wennen.”

Eilandgevoel

“Het eilandgevoel, de natuur en de saamhorigheid maken het leven op Vlieland prachtig. Mijn ouders waren verknocht aan het eiland. Ze gingen er zelfs op huwelijksreis en ik moest van jongs af aan mee.” Toen Lex zijn vrouw Maudy in 1996 voor het eerst mee nam de Waddenzee over, was ook zij verkocht. “Jarenlang bezochten we het eiland twee à drie keer per jaar. Opeens ben je midden veertig en denk je; wat wil ik nou echt? Een verhuizing naar Vlieland stond al jaren op de bucketlist dus nu moest het er maar eens van komen. Ik wil later niet kunnen zeggen had ik maar…”

Van badgast naar eilander

Lex kent het eiland op zijn duimpje. Als badgast maar niet als eilander. Dat is een groot verschil. “Je transformeert niet in één keer van badgast naar eilander. Vlielanders zijn warm en ontvangen je met open armen maar kijken ook de kat uit de boom. Het is een hechte gemeenschap en daar wil je als nieuwe inwoner deel van uitmaken.” Om die transformatie op gang te zetten dook Lex de medezeggenschapsraad van de Jutter in. “Volgens velen stelden het niet veel voor; vier keer per jaar vergaderen, één keer per jaar barbecueën en vaak dronken worden. Prima deal dacht ik zo.” Zo makkelijk bleek het niet te zijn. “Het gemeentebestuur vormden ook het schoolbestuur en de onderwijsinspectie bestempelde de school als zwak. Binnen de kortste keren belande ik in de gemeenteraad voor een lokale partij. We woonden naast het gemeentehuis. Via de achterdeur, liep ik zo op mijn sokken, de kamer van de Burgemeester in. Zo gaat dat op Vlieland.”

Vuurtorenwachter

Lex duikt de politiek in, Sarah geniet van de vrijheid samen met haar 35 klasgenoten en Maudy start naast haar baan als assistent-verloskundige een succesvol schoonmaakbedrijf op het eiland. Badgasten waren ze al snel niet meer. “Ik voelde me pas een echte eilander toen ik gevraagd werd als assistent-vuurtorenwachter. “Onze overbuurman was de laatste vuurtorenwachter van de wadden. Nadat Verkeer en Waterstaat besloot om alle vuurtorens op de Waddeneilanden onbemand te laten, besloot mijn overbuurman om de vuurtoren te pachten. Hij stelde de vuurtoren open voor publiek, het is de meest drukbezochte attractie op het eiland. Iedere zondagmorgen klom ik als assistent de vuurtoren in en genoot keer op keer van het wisselende uitzicht.”

Terug aan wal

Het Vlielandavontuur klinkt als een succesverhaal maar toch woont de familie sinds afgelopen zomer weer in Bathmen. Tussen de koeien. Wat ging er mis? “Er ging niets mis. Het waren drie fantastische jaren, vol uitdagingen en leermomenten. Maar we hebben van te voren gezegd: Als één van ons twijfels krijgt, steken we de koppen bij elkaar en maken we een keuze. Ik moest voor mijn baan meerdere keren per week naar wal. Voor Maudy gold hetzelfde. We werden het heen en weer reizen zat. Sarah zou volgend jaar ook naar wal moeten voor studie. Met opgeheven hoofd, een brok in de keel en een vink op onze bucketlist hebben we de boot terug naar huis gepakt.”